βππ₯ πππ§πππ€ π§ππ πππ ππ π π:
laat af en toe frisse wind door je bol waaien.
sta stevig en recht op.
laat je niet kaal plukken.
groei en bloei je hele leven.
laat los wat je niet meer nodig hebt.
drink veel water.
vergeet niet waar je wortels βje rootsβ liggen.
geniet van het uitzicht.
bied een schuilplek voor hen die dat nodig hebben.
β‘